Begripsverwarring
In de dagelijkse praktijk worden twee belangrijke financiële begrippen nogal eens door elkaar gebruikt, zeker in de not-for-profit sfeer. Dat zijn de begrippen financieren en bekostigen.
Hoe vaak hoor je niet, zelfs tot op het niveau van de verantwoordelijke minister, zinnen als: “de zorgverzekeraars financieren de ziekenhuizen”, of: “het hoger onderwijs wordt gefinancierd door de belastingbetaler”. Frappante voorbeelden van verkeerd woordgebruik. Laten we daarom het begrip ‘financieren’ eens goed definiëren.
Financieren en bekostigen
Onder financieren verstaan we het aantrekken of afstoten van vermogen van of naar de vermogensmarkt. Hieronder vallen activiteiten als een lening aangaan bij een bank, of rente betalen aan of een lening aflossen bij een bank, of nieuwe aandelen uitgeven door een BV of NV.
Helaas wordt dit begrip financieren ook nogal eens gebruikt om de geldstroom aan te duiden, die ontstaat omdat bijvoorbeeld een zorginstelling zorgproducten levert. Betaling door een zorgverzekeraar, of geld ontvangen via de Wet Langdurige Zorg of andere overheidsregelingen vallen daaronder. De juiste term voor die geldstroom is echter niet financieren, maar bekostigen. Bekostiging vindt plaats door een klant, of voor deze een verzekeraar of de overheid. Bekostiging hoeft niet te worden terugbetaald, een financiering meestal wel. Zo wordt een universiteit bekostigd door de overheid en wellicht gefinancierd door de Rabobank. En een stichting voor goede doelen wordt bekostigd door de collectebus.
Voorbeeld
Wanneer iemand een huis koopt, rijst de vraag: wie financiert dat? Dat kan door bijvoorbeeld een hypothecaire lening af te sluiten bij een hypotheekbank. Wanneer een zorginstelling productie maakt, bijvoorbeeld verpleegdagen levert, is de vraag: wie bekostigt dat. Ofwel: wie betaalt er voor?
Spraakverwarring
Om spraakverwarring te voorkomen is het handig om de begrippen financieren en bekostigen strikt gescheiden houden en de definities gebruiken zoals ik ze hiervoor heb verwoord. Het vreemde is dat dit onderscheid in andere talen veel beter gaat. In het Engels is financiering te vertalen met ‘financing’ en bekostiging met ‘funding’, en daar haalt niemand het in zijn hoofd om die begrippen door elkaar te gebruiken. Nu kun je zeggen: wat maakt het uit welke term je op welk moment gebruikt. Maar het gaat mis bij het lezen van financiële rapportages. Zo wordt in het kasstroomoverzicht, onderdeel van de jaarrekening van een organisatie, onderscheid gemaakt in drie geldstromen: de kasstroom uit operationele activiteiten, de kasstroom uit investeringsactiviteiten en de kasstroom uit financieringsactiviteiten. En u raadt het al: bekostiging leidt tot een operationele geldstroom, en financiering leidt tot een financieringsgeldstroom. Voor een goede analyse van een jaarrekening van cruciaal belang!